Voormalig Formule 1-coureur Johnny Herbert prijst Max Verstappen voor zijn constante topprestaties bij Red Bull Racing. In een recente analyse noemt hij de Nederlander uitzonderlijk sterk, maar plaatst hij een duidelijke kanttekening. Het succes hangt volgens hem ook samen met de dominante auto en het strak georganiseerde team. De discussie raakt aan het FIA-motorreglement 2026 en de gevolgen voor teams, die de verhoudingen opnieuw kunnen veranderen.
Herbert prijst Verstappen
Herbert ziet bij Verstappen een zeldzame mix van snelheid en rust. De coureur van Red Bull Racing maakt weinig fouten onder druk en leest een race sterk. Dat zie je bij de start, in het bandenmanagement en tijdens inhaalacties. Het niveau blijft hoog, ook als de omstandigheden wisselen.
Daarnaast wijst Herbert op de helderheid van Verstappens raceplan. De Nederlander legt vaak meteen de lat in de kwalificatie en bewaakt in de race het tempo. Dat houdt de strategie voorspelbaar en overzichtelijk voor het team. Zo blijft er weinig aan toeval over.
De consistentie valt op over meerdere seizoenen. Verstappen presteert op stratenbanen en snelle circuits. Ook in wisselvallig weer blijft zijn tempo stabiel. Dat maakt het verschil met rivalen groter.
Kanttekening bij succes
Herbert benadrukt tegelijk de rol van de auto. De Red Bull RB19 en RB20 zijn aerodynamisch zeer efficiënt. Aerodynamica is de luchtstroom die voor downforce zorgt, zodat de auto harder door bochten kan. Die technische basis vergroot het gat naar de rest van het veld.
Ook de teamorganisatie speelt mee. Red Bull werkt strak met strategie, pitstops en updates. Kleine fouten worden snel gerepareerd, grote fouten komen zelden voor. Dat helpt elke sterke coureur extra.
Volgens Herbert maakt dit het lastiger om rijders onderling te vergelijken. Elke generatie kent andere regels en materialen. Een dominante krachtbron of een goed werkend chassis kleurt de uitslag. Dat is geen diskwalificatie van de coureur, maar wel context.
Data tonen dominantie
Cijfers versterken het beeld van overmacht. In 2023 was Red Bull vrijwel onaantastbaar met de RB19. Verstappen sloot dat seizoen af met een recordreeks aan zeges. Dat voedt de discussie over auto versus coureur.
Verstappen won in 2023 negentien van de 22 Grands Prix.
In het huidige tijdperk zijn verschillen soms klein in de kwalificatie, maar groot in de race. Bandenverbruik en tempo op lange stints maken dan het verschil. Red Bull blinkt daarin uit. De coureur kan daardoor een gecontroleerd ritme rijden.
Herbert ziet dat als teken van klasse én systeem. De rijder voert strak uit, het team levert de middelen. Samen levert dat een constante voorsprong op. Rivalen moeten op beide fronten tegelijk stappen maken.
FIA-regels kunnen schuiven
De sport staat niet stil. De budgetcap beperkt uitgaven en dwingt tot keuzes. De Aerodynamic Testing Restrictions geven koplopers minder windtunneltijd. Dat moet het veld dichter bij elkaar brengen.
Het FIA-motorreglement 2026 verandert de balans in de krachtbron. De hybride aandrijving krijgt meer elektrische power en er wordt op duurzame brandstof gereden. Dat vraagt om nieuwe packaging en koeling in het chassis. Teams kunnen daarmee terrein winnen of verliezen.
Voor Red Bull Ford Powertrains kan de integratie met Ford kansen én risico’s bieden. Een nieuwe motor kan verrassingen opleveren bij betrouwbaarheid en afstelling. Fabrikanten in Europa volgen dit scherp, ook vanwege CO₂-doelen. De link met synthetische brandstoffen sluit aan bij Europese klimaatplannen.
Nederlandse en Europese context
Voor Nederlandse fans draait het niet alleen om snelheid, maar ook om bereikbaarheid en duurzaamheid. De Dutch Grand Prix in Zandvoort zette de afgelopen jaren in op trein, fiets en gedeeld vervoer. Dat past bij Nederlandse mobiliteitsdoelen. De organisatie moet daarbij voldoen aan strikte vergunningen en geluidsregels.
Op Europees niveau stuurt regelgeving innovatie. Strengere CO₂-normen en het debat over e-fuels in de autosport beïnvloeden keuzes van fabrikanten. Formule 1 gebruikt de race als testbank voor efficiënte verbranding en elektrische systemen. Wat werkt op het circuit, kan later doorstromen naar straatauto’s.
Die wisselwerking maakt prestaties van toppers als Verstappen breder relevant. Slimmer energiebeheer en duurzame brandstoffen leveren kennis op. Teams en toeleveranciers in de EU profiteren van die leercurve. Het vergroot ook de concurrentiedruk in de sector.
Wat dit kan betekenen
Herberts nuance past in een groter verhaal: rijdersklasse en teamkwaliteit horen bij elkaar. Verstappens uitvoering is uitzonderlijk, maar hij profiteert ook van een sterk pakket. Als de regels veranderen, kan de balans verschuiven. Dan wordt zijn aanpassingsvermogen opnieuw getest.
Voor rivalen ligt hier een kans. Met het FIA-motorreglement 2026 en gelimiteerde testtijd kunnen zij dichterbij komen. Betrouwbaarheid en efficiëntie worden dan doorslaggevend. Een klein voordeel kan het verschil maken over een seizoen.
Voor fans en volgers helpt dit kader om prestaties eerlijk te duiden. Statistieken vertellen veel, maar context blijft nodig. De komende jaren laten zien hoe robuust de Red Bull-dominantie is. En hoe Verstappen zich blijft meten aan een veranderende sport.
