Helmut Marko, adviseur van Red Bull Racing op het moment van schrijven, vindt dat Oscar Piastri nog niet op het niveau van Lando Norris zit. De Oostenrijker reageerde op de recente vorm van McLaren in de Formule 1. Zijn oordeel is belangrijk voor de titelstrijd tussen Red Bull en McLaren dit seizoen. De inschatting raakt ook aan het FIA-motorreglement 2026 en de gevolgen voor teams.
Norris blijft maatstaf
Marko ziet Norris als de sportieve lat binnen McLaren. Piastri zet stappen, maar mist volgens hem nog de laatste procenten. Daarmee onderstreept hij de interne hiërarchie bij de Britse renstal. Dat is relevant voor strategie en verdeling van updates.
Norris blinkt uit in kwalificatie en in de openingsronden, waar foutmarges klein zijn. Ook in- en outlaps rond pitstops zijn sterk, wat tijdwinst oplevert. Die details maken het verschil op circuits met weinig downforce-marges en strakke bandenvensters.
McLaren rijdt dit seizoen met een Mercedes-krachtbron en heeft het chassis duidelijk verbeterd. De auto is stabiel in snelle bochten en spaart de banden beter. Norris haalt daar structureel meer uit dan Piastri. Dat ziet Red Bull als directe bedreiging voor race- en kampioenspunten.
“Piastri is sterk, maar nog altijd niet zo goed als Norris.” — Helmut Marko
Piastri boekt gestaagde progressie
Piastri zit in een leerproces dat zichtbaar vruchten afwerpt. Hij maakt minder kleine fouten en beheerst de banden beter. Bandenmanagement is het zorgvuldig omgaan met slijtage en temperatuur. Daarmee rekt hij stints en houdt hij strategische opties open.
De Australiër komt in kwalificatie vaker dicht bij Norris, maar verliest soms in de race het verschil in verkeer. Vooral in middellange stints op mediums verliest hij nog enkele tienden. Dat is op Europese circuits als Zandvoort en Monza vaak beslissend. Trackposition blijft daar koning.
McLaren gebruikt simulatorwerk en data-uitwisseling om de kloof te dichten. De beperkte testuren in de windtunnel en via CFD, zoals vastgelegd door de FIA, dwingen tot scherpte. De feedback van beide coureurs bepaalt de ontwikkelrichting. Het team balanceert zo korte-termijnpunten en lange-termijngroei.
Wat nog ontbreekt is constante racepace in vuile lucht en doortastende inhaalacties. Dat vraagt ervaring en perfecte timing bij pitstops. Als Piastri die stap zet, wordt McLaren tactisch flexibeler. Dan raakt de druk op Red Bull verder opgevoerd.
Red Bull voelt McLaren-druk
Red Bull Racing moet elk weekend finetunen om McLaren voor te blijven. De set-up van de auto moet het bandentemperatuur-venster precies raken. Een misser met downforce of rijhoogte straft zich direct uit in rondetijd. Norris profiteert daar vaak als eerste van.
Strategisch mag Red Bull minder risico nemen met undercuts en overcuts. McLaren pitst strak en voert stops snel uit, wat de undercut krachtig maakt. Een safetycar kan die balans in één klap kantelen. Daarom telt elk detail in de pitstraat en bij de outlap.
In het duel Verstappen–Norris speelt duelkunde en respect een rol. Kleine verschillen in tractie of DRS-afstelling bepalen inhalen op rechte stukken. De FIA let daarbij op duidelijke verdedigingsregels en veiligheidsmarges. Dat beperkt risico’s, maar laat weinig ruimte voor fouten.
Voor het kampioenschap betekent dit dat het puntenverschil kan schommelen per weekend. De constructeurstitel vraagt dubbele topfinishes zonder operationele missers. Op het moment van schrijven houdt Red Bull sportief de regie, maar de marge slinkt. McLaren dwingt het team uit Milton Keynes tot maximale efficiëntie.
Blik op FIA-regels 2026
In 2026 veranderen de krachtbronnen onder het FIA-motorreglement 2026 ingrijpend. Er komt meer elektrisch vermogen en er wordt gereden op duurzame brandstof. Red Bull Ford Powertrains ontwikkelt samen met Ford een eigen hybride systeem. McLaren blijft, zoals aangekondigd, klant van Mercedes-AMG High Performance Powertrains.
Dat vraagt andere rijstijlen en beter energiemanagement door de coureurs. Wie slim met regeneratie en deploy omgaat, wint tijd zonder extra bandenslijtage. Norris lijkt sterk in dit soort ritmecontrole. Piastri zal die ervaring richting 2026 verder moeten opbouwen.
Voor Europa sluit dit aan op CO₂-doelen en de verschuiving naar synthetische brandstoffen. De Formule 1 fungeert als proeftuin voor efficiëntere verbranding en software-aansturing. Fabrikanten gebruiken die kennis ook voor straatauto’s en emissiereductie. Dat maakt de sport technologisch relevant voor de EU-markt.
Teams werken nu al aan software, koeling en rem-energieherwinning voor de volgende generatie auto’s. Toch is de correlatie met 2025 beperkt door de grote reglementsprong. Daarom telt elk raceweekend als datapuntenverzameling. De vorm van Norris en Piastri bepaalt mede wie met voordeel de 2026-regels ingaat.
